De definitie van een samengestelde zaak wordt gegeven in Artikel 114 van het Burgerlijk Wetboek 2015:
Samengestelde zaak
Een samengestelde zaak is een zaak die bestaat uit onderdelen die zodanig met elkaar verbonden zijn dat zij een eenheid vormen, en waarbij het ontbreken van één of meer onderdelen, of het niet voldoen van een onderdeel aan de vereiste specificaties of het type, de zaak onbruikbaar maakt of de gebruikswaarde ervan aanzienlijk vermindert.
Bij de nakoming van de verbintenis tot levering van een samengestelde zaak moeten alle onderdelen die de zaak vormen worden geleverd, tenzij anders is overeengekomen.
Een samengestelde zaak is dus een object dat bestaat uit verschillende onderdelen die op elkaar aansluiten en samen een geheel vormen. Als er een onderdeel ontbreekt, of als een onderdeel niet aan de juiste specificaties of het juiste type voldoet, dan kan het object niet gebruikt worden of neemt de gebruikswaarde ervan aanzienlijk af. Een samengestelde zaak functioneert alleen correct als alle onderdelen aanwezig zijn en correct samenwerken.
Artikel 279 van het Burgerlijk Wetboek 2015 beschrijft de nakoming van de verbintenis tot aflevering van een zaak:
Nakoming van de verbintenis tot aflevering van een zaak
1. Degene die verplicht is een zaak af te leveren, moet de zaak bewaren en in goede staat houden tot het moment van aflevering.
2. Indien de af te leveren zaak een geïndividualiseerde zaak is, moet de schuldenaar die specifieke zaak afleveren in de staat waarin deze zich bevindt zoals overeengekomen; indien het een soortzaak betreft, moet hij de overeengekomen hoeveelheid en kwaliteit afleveren; bij gebreke van een overeenkomst over de kwaliteit moet hij een zaak van gemiddelde kwaliteit afleveren; indien het een samengestelde zaak betreft, moet hij de zaak in samengestelde staat afleveren.
3. De schuldenaar draagt alle kosten verbonden aan de aflevering van de zaak, tenzij anders is overeengekomen.
Wanneer de af te leveren zaak een specifiek object is, moet de schuldenaar dat specifieke object afleveren in de overeengekomen staat. Als het om een soortgelijk object gaat, moet de overeengekomen hoeveelheid en kwaliteit worden geleverd. Zonder een afspraak over de kwaliteit moet een object van gemiddelde kwaliteit worden geleverd. Bij een samengestelde zaak moeten alle onderdelen worden geleverd. Het ontbreken van onderdelen schaadt de functionaliteit en de waarde van het object.
Artikel 54 van Decreet 21/2021/NĐ-CP regelt de verwerking van onderpand dat een samengestelde zaak is:
Verwerking van onderpand dat een samengestelde zaak is; zaken met daaraan verbonden zaken; vorderingen, te ontvangen bedragen, andere betalingsvorderingen; waardepapieren, effecten, tegoeden; vrachtbrieven, vervoersdocumenten
1. De pandhouder mag alle onderdelen van een samengestelde zaak die als onderpand dient tegelijkertijd verwerken. Indien het onderpand bestaat uit meerdere verbonden zaken die kunnen worden gescheiden, worden deze afzonderlijk verwerkt; indien ze niet kunnen worden gescheiden, worden ze tegelijkertijd verwerkt.
De pandhouder mag dus alle onderdelen van een samengestelde zaak die als onderpand dient, tegelijk verkopen. Als het onderpand uit meerdere zaken bestaat die van elkaar gescheiden kunnen worden, worden ze apart verkocht. Als ze niet gescheiden kunnen worden, worden ze tegelijk verkocht. Deze regel waarborgt de integriteit en waarde van de samengestelde zaak bij verkoop. Afzonderlijke verkoop van onderdelen kan de waarde van het geheel verminderen.
De pandgever kan het onderpand terugkrijgen in de gevallen beschreven in Artikel 57 van Decreet 21/2021/NĐ-CP, namelijk:
- Nakoming van de verplichting zoals bepaald in Artikel 302 van het Burgerlijk Wetboek;
- Het onderpand is vervangen of geruild voor een andere zaak;
- De verzekerde verplichting is voldaan door middel van schuldvergelijking;
- Andere gevallen zoals overeengekomen of bepaald in het Burgerlijk Wetboek of andere relevante wetgeving waarbij het onderpand niet mag worden verwerkt.
Let op: In het geval van lid 1 van dit artikel, en indien de wetgeving inzake veilingen of andere relevante wetgeving bepaalt dat er verplichtingen moeten worden nagekomen voordat het onderpand kan worden teruggegeven, mag de pandgever het onderpand pas terugkrijgen nadat aan deze verplichtingen is voldaan. Dit beschermt de rechten van de pandhouder en zorgt voor naleving van de wet.